Bij vrienden – info vragen openbaar vervoer

Hier vind je 4 herhalingsoefeningen over:

de taalfunctie: info vragen openbaar vervoer
de taalsituatie: bij vrienden

Oefeningen

Luister naar de tekst. Typ de zinnen. (Audio)
Maak de zinnen compleet. Sleep de woorden in de zin.
Sleep de zinnen op de juiste plaats in de tekst. Je bent bij vrienden thuis. Je vertelt dat je volgende week op visite gaat bij een andere vriend. Je weet niet precies hoe je daar moet komen. Je vraagt advies.
Je bent op een feestje bij een vriendin. Je wilt terug naar huis met de trein. Je weet niet waar het station is. Luister naar de vraag van je vriendin. (Video & Record)

1. Luister naar de tekst.

4. Je bent op een feestje bij een vriendin. Je wilt terug naar huis met de trein. Je weet niet waar het station is. Luister naar de vraag van je vriendin.

Let op!
De oefeningen op Dutch++ werken het best in Google Chrome. Wij kunnen helaas niet garanderen dat alle oefeningen in andere webbrowsers ook volledig werken.

Geef een reactie op de vraag. Zeg dat je met de trein gaat en vraag waar het station is. Bijvoorbeeld:

‘Nee, ik ben met de trein. Waar is het station?’ – ‘Nee, met de trein. Ik moet naar het station. Hoe kom ik daar?’ – ‘Nee, met de trein. Weet je waar het station is?’

Bekijk het voorbeeldgesprek.