Welke taalvormen hoor je op tv en in films in Nederland, Vlaanderen en Suriname? Daarover lees je meer op deze pagina. In België (Vlaanderen) speelt de Vlaamse Tussentaal een belangrijke rol. Wat het taalgebruik in films betreft, moeten we een onderscheid maken tussen Nederland en Vlaanderen aan de ene kant, en het meertalige Suriname (zie Gobardhan-Rambocus 2013: 61 [bib]1035[/bib]) aan de andere kant. Meer weten? De editie van Taalpeil van 2012 is volledig gewijd aan Nederlands en de media.
Engelstalige films worden in principe ondertiteld aangeboden in Nederland en Vlaanderen, terwijl het in andere landen zoals Duitsland gebruikelijk is om ze na te synchroniseren. Bij jeugdfilms en tekenfilms is nasynchroniseren ook in Nederland en Vlaanderen gebruikelijk, m.a.w., er wordt dan een Nederlandse versie ingesproken. Sinds de jaren negentig worden er van veel Engelstalige jeugdfilms voor de Vlaamse en de Nederlandse markt aparte versies ingesproken. Dat betekent dat je in de bioscoop in Nederland een versie te horen krijgt die door Nederlanders ingesproken is, en in Vlaanderen hoor je de stemmen van Vlaamse acteurs. Als de film op dvd verschijnt, kun je als gebruiker kiezen tussen twee versies: ‘Nederlands’ en ‘Vlaams’. Films die twee Nederlandstalige versies hebben, eentje voor Nederland en eentje voor Vlaanderen, zijn bijvoorbeeld Ratatouille,Toy Story 3, Verschikkelijke Ikke en de Harry Potter-reeks. Deze praktijk leidt soms tot kritiek bij degenen die bang zijn dat de Nederlandse taal uiteenvalt doordat Vlaamse jongeren niet meer in contact komen met het Nederlands zoals dat in Nederland wordt gesproken en omgekeerd. Maar er bestaat evengoed een groep mensen die verontwaardigd zijn als er géén eigen versie wordt geproduceerd. Argumenten als geloofwaardigheid, authenticiteit maar ook verstaanbaarheid spelen dan een rol.
Er zijn twee manieren waarop de versie voor de Vlaamse markt gemaakt wordt:
ofwel wordt de voor Nederland ingesproken versie gebruikt en ‘vertaald’ voor de ‘Vlaamse’ markt;
ofwel worden de versies voor de ‘Nederlandse’ en de ‘Vlaamse’ markt gelijk allebei op basis van de Engelse brontekst gemaakt.
Maar welk Nederlands wordt er dan in de voor Vlaanderen ingesproken versie gebruikt? De Belgische taalkundige Julien Perrez vond de keuzemogelijkheid tussen ‘Nederlands’ en ‘Vlaams’ interessant en wilde bekijken welke variëteit er in werkelijkheid achter die namen schuilt. Daarvoor heeft hij de ‘Nederlandse’ en de ‘Vlaamse’ versie van Toy Story 3, Harry Potter en de gevangene van Azkaban, en Verschikkelijke Ikke getranscribeerd en het taalgebruik geanalyseerd. Perrez’ verwachting was, op basis van de namen ‘Nederlands’ en ‘Vlaams’ in het menu voor taalkeuze op de dvd, dat in de versie voor Nederland informele Nederlandse spreektaal wordt gebruikt en in de versie voor Vlaanderen Tussentaal. Maar uit zijn onderzoek blijkt dat het taalgebruik in de Vlaamse versie in werkelijkheid vrij dicht bij de standaardtaal ligt. Het onderscheid ten opzichte van de Nederlandse versie is daardoor eigenlijk niet zo groot. Het opvallendst zijn de uitspraak- en formuleringsverschillen tussen de ‘Nederlandse’ en de ‘Vlaamse’ versie. Perrez onderzocht de frequentie van bepaalde woorden en uitdrukkingen. Het enige significante verschil was dat nou alleen in de Nederlandse versie gebruikt wordt terwijl daar in de Vlaamse versie komaan verschijnt. Andere verschillen, zoals de frequentie van de aanspreekvorm ge/gij (dat alleen voorkomt in de Vlaamse versie), zijn niet significant. Het gebruik van Tussentaal in de Vlaamse versie blijkt beperkt te zijn tot enkele individuele personages: de variëteit wordt gebruikt met een bepaald effect (voornamelijk humor). Overigens wordt in de Nederlandstalige versie van bepaalde films, zoals Chicken run, expliciet met verschillende (dialect)variëteiten gespeeld en met de cliché’s die daarbij horen.
Televisie in Vlaanderen
Er is al veel gediscussieerd over het taalgebruik op de Vlaamse radio en tv. Niet toevallig zijn met de televisie de benamingen VRT-Nederlands en soap-Vlaams geassocieerd. De afkorting ‘VRT’ verwijst naar de openbare omroep. De bekendste commerciële zender is ‘VTM’.
De VRT volgt de richtlijn dat standaardnederlands wordt gebruikt in informatieve programma’s en in alle programma’s waarin de kijkers of luisteraars aangesproken worden, zoals: uitzendingen van de nieuwsredacties, bv. het journaal; sportverslaggeving; het jongerenjournaal; documentaires; consumentenmagazines; human-interestprogramma’s; amusementsprogramma’s. Van presentatoren, omroepers, journalisten, reporters, commentators, quizmasters verwacht de VRT dat ze standaardtaal gebruiken. Ook de berichten op Teletekst en op de website van de VRT worden in standaardtaal opgesteld. Standaardtaal is verstaanbaar door een ruim publiek. Het publiek zelf verwacht ook standaardtaal als presentatietaal, zeker in het journaal.
Tussentaal wordt veel gebruikt in fictiereeksen maar het komt ook vaak voor in praatprogramma’s. De taaladviseurs van VRT en VTM zeggen dat het gebruik van tussentaal de geloofwaardigheid van de personages ten goede kan komen. Tussentaal is verder het handelsmerk van veel Bekende Vlamingen. De VRT accepteert dat zij tussentaal gebruiken als ze bijvoorbeeld als panellid in een show optreden, maar in andere functies (bijvoorbeeld presentator of gastreporter) wordt van hen verwacht dat ze standaardtaal spreken. (bron:Televisienederlands en Schoon Vlaams door Ludo Permentier in Taalschrift (12.12.2003) [bib]1067[/bib]en het Taalcharter van de VRT).
Televisiemakers beschouwen dialect in fictieseries, comedy etc. authentieker in bepaalde situaties of bij specifieke personages. Dat geldt vooral voor bepaalde typetjes: het dialect draagt bij tot hun geloofwaardigheid en herkenbaarheid.
Een uitgebreide analyse van het taalgebruik in Vlaamse fictieseries is te vinden in het proefschrift van Sarah Van Hoof, die de belangrijkste resultaten bespreekt in dit artikel. Wat Nederlandstalige films betreft, blijkt uit onderzoek dat het gebruik van Tussentaal in films uit Vlaanderen toegenomen is. Tussentaal wordt gebruikt om de geloofwaardigheid te vergroten. Je kunt meer daarover lezen in de scriptie van Evelyne Claerhout.
Films en televisie in Suriname
Er bestaan 23 Surinaamse tv-stations (zowel overheids- als particuliere stations). Hun eigen programma’s worden aangeboden in verschillende talen, vooral Nederlands, Sarnami (Hindi), Surinaams-Javaans en Mandarijn-Chinees. Surinaamse tv-stations nemen ook nieuwsrubrieken over van buitenlandse zenders zoals de Nederlandstalige NOS, de Engelstalige zenders CNN, BBC, Al Jazeera en zenders met Hindi of Mandarijn als voertaal. Deze programma’s worden niet ondertiteld. Verder zenden de Surinaamse tv-stations buitenlandse programma’s of films uit in verschillende talen, met name in het Engels. Bollywoodfilms of Afrikaanse films die niet in het Engels zijn worden met Engelse ondertiteling uitgezonden. Alle andere buitenlandse programma’s (bv. in het Hindi, Mandarijn, Braziliaans-Portugees) worden niet ondertiteld.