Taalgebruik van de overheid
In principe communiceert de overheid in Nederland, Vlaanderen en Suriname met de burgers in het (standaard)Nederlands. In campagnes en bij politici vinden we soms andere taalvormen, zoals Tussentaal in Vlaanderen, Poldernederlands in Nederland en Sranantongo in Suriname. Vooral in de politiek is taal een krachtig instrument.
Inhoudsopgave 1. Nederland 2. België (Vlaanderen) 3. Suriname |
Jessica is een Belgische stagiaire in Suriname. Ze vertelt over het taalgebruik op persconferenties in Suriname.
Nederland
België (Vlaanderen)
- De Vlaamse overheid richt zich tot de burgers in het standaardnederlands. Ze verwacht ook dat de openbare omroep VRT het standaardnederlands hanteert (zie Taalgebruik op tv).
- Bepaalde Vlaamse politici stonden of staan erom bekend dat ze Tussentaal gebruiken. Er wordt zelfs van sommigen gezegd dat ze het standaardnederlands niet beheersen. Moeten politici dan standaardtaal spreken?
Beluister de discussie in dit radioprogramma (2013).Verschillende Vlaamse politici weigeren in de politieke sfeer Tussentaal te accepteren.In de video hiernaast uit het programma Man over woord leer je meer over beeldspraak in het taalgebruik van politici van verschillende Vlaamse partijen.
Suriname
- Het Nederlands is in principe de taal van de overheid. In de praktijk verschijnen er ook veel overheidspublicaties in twee talen, vooral in het Nederlands en het Sranantongo. Dat geldt bijvoorbeeld voor een groot deel van de publicaties over gezondheid en milieu.
- In Suriname is Nederlands de officiële taal in de politiek, in bestuurszaken en in de wetgeving. In de praktijk zijn er wel veranderingen vast te stellen sinds de jaren 1980. In de politieke arena en zelfs in het parlement wordt er naast het Nederlands ook wel Sranantongo gebruikt. Het dient vaak om een bewering kracht bij te zetten.
- Onderzoeken en campagnes in opdracht van de regering maken doelgericht gebruik van Sranantongo. Zo werd er bijvoorbeeld in opdracht van het Ministerie van Volksgezondheid een onderzoek uitgevoerd om bij de bevolking informatie te verzamelen over chronische ziektes. Dit onderzoek kreeg de naam Langa wan anu gi wan moro gosonu Sranan (+ ‘help een handje mee voor een gezonder Suriname’). Een ander voorbeeld is de campagne Stop huiselijk geweld; taki na basi (‘praten is de baas’) van het ministerie van Justitie en Politie. Deze campagne moet mensen in gewelddadige situaties motiveren om te gaan praten en hulp te zoeken.